De integratie vormt het zwaartepunt van de Mesologie. Deze integratie gaat uit van de basisprincipes: de individuele menselijke eenheid. Dat wil zeggen dat anatomie (lichamelijk onderzoek), fysiologie (meting), gedrag (psyche), de denkwereld en de energie uitingsvormen zijn, waarmee het individu uitdrukking geeft aan zijn unieke bestaan. Bij de integratie wordt nadruk gelegd op een aantal deelaspecten.
De reactie van het individu:
De stressor is bij de interpretatie niet belangrijk, de stressor („oorzaak“) wordt bij de therapie betrokken, wanneer het een continu voortdurende druppel betreft die het vat doet overlopen. Het maakt niet uit of de stressor fysiologisch is (micro-organismen, mechanisch, hygiënisch) of psychologisch (emoties, gedachtepatroon) of energetisch is.
De Mesologie richt zich op de reactie van het individu. Allereerst moet deze reactie (dysfunctie) weer in functie gebracht worden, eerst dan ontstaat het inzicht in wat de patiënt moet veranderen.
De samenhang
Van specialisme naar generalisme. Alle gedetailleerde symptomen moeten naar de vijf basisfuncties terug gebracht worden, waarmee men de logica kan zien dat de „verstoring“ (dysfunctie) altijd een functie heeft. Behoud van energie (economie), comfort (pijnvrij) en evenwicht (constitutie). De vijf basisfuncties uiten zich in alle dimensies (aspecten) van het bestaan. Transparantie maakt dat de gegevens tot een totaalbeeld leiden.